Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als een [30]mens door overtreding overtreden, en door afdwaling [31]gezondigd zal hebben, [wat ontwendende] van de [32]heilige dingen des HEEREN, zo zal hij tot [33]zijn schuldoffer den HEERE brengen een volkomen ram uit de kudde, [34]met uw schatting aan zilveren sikkelen, [35]naar den sikkel des heiligdoms, ten schuldoffer. 30. Hebreeuws, ziel. 31. Anders, gezondigd zal hebben [in iets] van de heilige dingen, enz. Of, om de heilige dingen. 32. Hebreeuws, van de heiligheden des Heeren; dat is, van de dingen, die den Heere geheiligd zijn en tot een heilig gebruik afgezonderd. Alzo in vs.16 enz., en hfdst.22 vs.2 en vergelijk onder, hfdst.16 vs.4, en hfdst.19 vs.24. 33. Hebreeuws, zijne schuld; dat is, offerande voor zijne schuld. Zie boven, hfdst.4 vs.3. 34. Dat is, met zoveel geld, als de priester schatten zal het ontvreemde goed waard te zijn. Vergelijk onder hfdst.22 vs.14 en hfdst.27:. 35. Welke nog zoveel deed als de gemene sikkel, te weten omtrent een halve rijksdaalder. Zie Gen.23:15.